Elke tuin is natuurlijk weer anders. Anders ingericht, veel of weinig bestrating, veel of weinig afwisseling in beplanting. Dat zie je terug in aan de tuinvogels. In elke tuin zul je dus ook weer andere vogels tegenkomen. Bovendien heeft ook de regio invloed op welke gasten je mag verwachten. Aan de kust zul je andere vogels zien dan op het platteland. Toch is er een top 5 tuinvogels, oftewel de meest geziene vogels in Nederlandse tuinen.
1. Koolmees
Zowel de koolmees als de pimpelmees behoren tot de mezenfamilie. Ze lijken zelfs erg op elkaar qua formaat en kleurstelling. De koolmees, officieel Parus Major, komt van oorsprong vooral in bosrijke gebieden voor en is dol op rupsen. Ook op de eikenprocessierups.
2. Pimpelmees
De pimpelmees staat bekend als slimme vogel en weet gemakkelijk voedsel te vinden. Ze kunnen relatief gezien behoorlijk oud worden. Acht jaar is geen uitzondering. En, zoals je natuurlijk met deze naam mag verwachten, zijn ze dol op mezenbollen oftewel vetbollen.
3. Merel
De merel staat al jaren in de top 10 van meest voorkomende tuinvogels. In Nederlands zijn er naar schatting zo’n 650.000 -1.100.000 merels. Het aantal neemt helaas wel elk jaar af. De belangrijkste reden hiervoor is een virus dat door muggen is overgebracht. Daarnaast kan de merel ook steeds minder wormen vinden voor de jongen. Geen overbodige luxe dus om de merels bij te voeren met gedroogde meelwormen of ander strooivoer.
4. Spreeuw
Als je vluchtig kijkt, zou je de spreeuw kunnen verwarren met een vrouwtjesmerel. Ze lijken een beetje op elkaar Je herkent een spreeuw echter aan de witte spikkels. Het is een luidruchtige tuinvogel. En wanneer ze samen in groepen vliegen, maken ze prachtige luchtfiguren. Zulke spreeuwenzwermen zijn een waar schouwspel om naar te kijken.
5. Huismus
De gewone huismus. De naam van deze vogel wordt nog wel eens denigrerend gebruikt. Zonde, want het is een echte mensenvriend en veel geziene tuinvogel. Er zijn zo’n 1 miljoen mussen in Nederland. Om te broeden gebruikt een mus het liefst een ouderwets dak met dakpannen. En verder eet een mus het liefst zaden, zonnepitten en pinda’s voor vogels.